Scholen en schoolbesturen
Schoolbesturen spelen een centrale rol in het waarborgen van onderwijskwaliteit, personeelsbeleid, financieel beleid en huisvesting. In een tijd van groeiende uitdagingen, zoals personeelstekorten, dalende lees- en rekenvaardigheden en digitalisering, vraagt dit om een duidelijke visie en nauwe samenwerking met partners in de regio. Dit hoofdstuk bespreekt hoe schoolbesturen hun verantwoordelijkheid nemen voor het verbeteren van onderwijs, de professionalisering van hun teams, en het bevorderen van kansengelijkheid en innovatie.
Schoolbesturen in cijfers: groeiende organisaties
Schoolbesturen dragen de verantwoordelijkheid voor onderwijskwaliteit, personeelsbeleid, huisvesting en financiën binnen hun scholen. De uitdagingen in het onderwijs op deze gebieden zijn groot. Dit vraagt van besturen een heldere visie, samenwerking met regionale partners en gemeenten, en strategisch personeelsbeleid om voldoende gekwalificeerd personeel te behouden en aan te trekken.
Scholen en schoolbesturen:
In schooljaar 2023-2024 telde het voortgezet onderwijs 281 schoolbesturen en 1.457 vestigingen. Een derde van deze besturen bestaat uit één vestiging en bijna 40% van de schoolbesturen telt twee tot vijf vestigingen. Ruim een kwart van de besturen beheert meer dan vijf vestigingen. Ook de leerlingaantallen per bestuur variëren sterk: de helft van de besturen heeft minder dan 2.000 leerlingen, terwijl er ook 15 schoolbesturen zijn die meer dan 10.000 leerlingen onder hun hoede hebben. Deze grotere besturen bestaan vaak uit meer dan 20 vestigingen.
Het gemiddelde aantal leerlingen per vestiging was in het schooljaar 2023-2024 646, een daling van 2,6% ten opzichte van het vorige jaar. Besturen met meer vestigingen (bijvoorbeeld 11-20 en 21-75 vestigingen) hebben gemiddeld een lager aantal leerlingen per vestiging hebben, terwijl besturen met minder vestigingen (bijvoorbeeld 1 vestiging) een hoger gemiddeld aantal leerlingen per vestiging tellen. Dit komt doordat besturen met meer vestigingen relatief vaker kleinere scholen (<500 leerlingen) hebben dan besturen met minder vestigingen.
Schoolbesturen en onderwijskwaliteit
Schoolbesturen hebben een brede maatschappelijke opdracht, namelijk kwalificatie, socialisatie en persoonsvorming van leerlingen. In het schoolplan leggen scholen op hun beurt vast hoe zij zorgdragen voor de wettelijke basiskwaliteit en op welke manier zij hun eigen visie en ambities realiseren.
Schoolbesturen ontvangen elke vier jaar een uitgebreid oordeel van de Inspectie van het Onderwijs over hun kwaliteitsbeleid, waarbij de inspectie beoordeelt op basis van de standaarden: Visie, ambities en doelen (BKA1), Uitvoering en kwaliteitscultuur (BKA2), en Evaluatie, verantwoording en dialoog (BKA3).
In 2023 heeft de Inspectie minder vierjaarlijkse onderzoeken uitgevoerd dan in voorgaande jaren, onder andere vanwege prioriteiten in de risicogerichte aanpak. Hierdoor zijn de resultaten van de uitgevoerde onderzoeken minder goed te vergelijken met eerdere jaren, en vallen de beoordelingen relatief negatiever uit. In zowel het primair als het voortgezet onderwijs is het aantal als ‘goed’ beoordeelde besturen gedaald, terwijl het aantal ‘onvoldoende’ oordelen is toegenomen. Dit wijst erop dat sommige besturen nog onvoldoende zicht hebben op de onderwijskwaliteit.
Inspectieoordelen
Naar aanleiding van de risicogerichte aanpak van de Inspectie van het Onderwijs zijn in 2023 12 schoolbesturen aanvullend beoordeeld. Deze aanvullende beoordeling richtte zich specifiek op besturen die volgens de analyse als risicovol werden beschouwd, en is niet representatief voor alle schoolbesturen in Nederland. Van deze 12 beoordeelde besturen kregen er 7 het oordeel ‘onvoldoende’, vergeleken met 2022, toen slechts 2 van de 12 beoordeelde besturen als ‘onvoldoende’ werden gekwalificeerd. De Inspectie benadrukt het belang van structurele verbeteringen in de bestuurlijke kwaliteitszorg om de kwaliteit van het onderwijs beter te kunnen waarborgen.
Uitdagingen van de sector vragen om sterke schoolbesturen
Goed onderwijs vereist goed bestuur. Dit geldt niet alleen voor het dagelijkse functioneren van scholen, maar ook voor belangrijke thema’s zoals onderwijskwaliteit, personeelsbeleid, financiën, maatschappelijke verantwoording en innovatie. De VO-raad werkt als sectororganisatie samen met zijn leden om de professionalisering van schoolbesturen te ondersteunen en de onderwijskwaliteit te waarborgen. Afspraken over kwaliteit en professionaliteit van besturen zijn door de sector gezamenlijk vastgelegd in de Code Goed Onderwijsbestuur VO.
Lidmaatschapseisen bij de VO-raad
Vrijwel alle lidmaatschapseisen van de VO-raad worden goed nageleefd door de leden. Alle leden publiceren inmiddels hun jaarverslag en klachtenregeling. In 2023 is een commissie gestart met het uitbrengen van advies over de actualisatie van de code. Op basis van deze aanbevelingen wordt eind 2024 een voorstel voor de nieuwe code voorgelegd aan de Algemene Ledenvergadering, met de verwachting dat de actualisatie medio 2025 wordt afgerond. In de nieuwe code ligt meer nadruk op onderwerpen als accreditatie, publiek belang, goed werkgeverschap en onderlinge betrokkenheid. Ook wordt aandacht besteed aan het voorkomen van (de schijn van) belangenverstrengeling.
In 2023 is door de Algemene Ledenvergaderingen van de VO-raad, PO-Raad en de Vereniging voor Onderwijsbestuurders (VvOB) een beroepsprofiel voor bestuurders goedgekeurd. In het voorjaar van 2024 is een bijbehorende accreditatiesystematiek goedgekeurd. Aan de hand van het beroepsprofiel en via de accreditatie kunnen bestuurders verantwoordelijkheid nemen voor hun professionalisering. In het accreditatieproces reflecteert een bestuurder op de elementen van het beroepsprofiel, hoe hij/zij werkt aan zijn/haar ontwikkeling en in welke mate dat zichtbaar is in het bestuurlijk handelen.
Werkagenda bestuurlijke kwaliteitsontwikkeling
In 2024 is de sector gestart met een ‘werkagenda bestuurlijke kwaliteitsontwikkeling’. Het doel van deze werkagenda is om gezamenlijk te zorgen voor het op orde brengen en houden van de bestuurlijke kwaliteitszorg bij alle aangesloten leden. Het uitgangspunt is een collectieve en proactieve aanpak met betrokkenheid van de leden, waarbij leren van elkaar centraal staat. Met onder andere een handreiking voor de versterking van het kwaliteitszorgsysteem, voorbereiding op inspectiebezoeken en een zelfevaluatie-instrument faciliteert de VO-raad zijn leden om effectief invulling te geven aan hun eindverantwoordelijkheid voor de onderwijskwaliteit van hun scholen en de verantwoording daarover.
Samen werken aan doorlopende professionalisering
Via de VO-academie kunnen schoolleiders, bestuurders en andere leidinggevenden in het voortgezet onderwijs aan hun professionele ontwikkeling werken. De academie richt zich op verschillende doelgroepen, zoals teamleiders, bestuurders en HR-professionals.
In de onderstaande tabel is te zien welke onderwerpen centraal staan in de professionaliseringstrajecten en hoeveel schoolleiders en bestuurders hier in 2024 aan deelnemen.
Onderwerp | Aantal deelnemers 2024 |
Oriëntatietraject aankomende schoolleiders en bestuurders | 92 |
Leidinggeven in dialoog en Strategisch leiderschap | 35 |
VO-managementcoachopleiding/ Basisopleiding procesbegeleiding | 62 |
Intervisiebegeleiders opleiding/ Netwerk intervisiebegeleiders en coaches | 59 |
Leertraject Regie op digitalisering | 56 |
Leertraject Beleidsrijk begroten | 45 |
Intersectoraal leiderschapsprogramma en Masterclasses | 189 |
Oriëntatie op leiderschap (met huisacademies) | 40 |
Leerlab Doordacht leiderschap | 12 |
Regionale samenwerking steeds belangrijker
Scholen en schoolbesturen werken steeds intensiever samen, zowel binnen de regio als met omliggende gemeentes en onderwijsinstellingen. Door regionale samenwerkingsverbanden kunnen scholen maatschappelijke uitdagingen beter aanpakken, zoals het terugdringen van het lerarentekort en het behouden van leerlingenstromen in krimpgebieden.
Een regionaal gerichte aanpak speelt een belangrijke rol in het personeelsbeleid, bijvoorbeeld bij het gezamenlijk aantrekken en behouden van onderwijspersoneel in de regio. In gebieden waar de leerlingenaantallen dalen, wordt er samengewerkt om het onderwijsaanbod in stand te houden. Deze regionale samenwerking is in enkele regio’s succesvol gebleken, maar er zijn ook nog veel uitdagingen. Vooral op het gebied van huisvesting, lerarenopleidingen en de uitwisseling van expertise blijft er ruimte voor verbetering. Scholen en gemeenten zoeken daarom naar manieren om deze samenwerking verder te versterken en resultaten in de praktijk te verankeren.
Verantwoord en veilig digitaliseren
Schoolbesturen werken hard aan het verbeteren van informatiebeveiliging en privacy binnen hun organisatie. Dit is belangrijk aangezien digitalisering een integraal onderdeel is geworden van het onderwijs. De opkomst van AI-tools zoals ChatGPT heeft afgelopen jaar de discussie over AI in het onderwijs aangewakkerd. Hoewel AI kansen biedt, is het essentieel om de bijbehorende risico’s te beperken. In de komende jaren worden aanzienlijke investeringen gedaan via (Groeifonds)programma’s zoals Digitaal Veilig Onderwijs, Edu-V, NOLAI en Impuls Open Leermiddelen. De VO-raad ondersteunt deze programma’s voor zijn leden, zodat digitalisering op een verantwoorde en veilige manier in het onderwijs kan worden geïntegreerd.
Nieuwe meting Monitor Digitalisering Onderwijs 2025
In 2025 kunnen po– en vo–schoolbesturen de Monitor Digitalisering Onderwijs invullen. Deze meting brengt actuele en relevante onderwerpen op zowel bestuurs- als schoolniveau in kaart. Naast thema’s zoals het gebruik van mobieltjes in de klas, visie op ICT en digitale veiligheid op stichtingsniveau, zijn ook onderwerpen als AI, leermiddelen en digitale geletterdheid onderdeel van de Monitor. Scholen, schoolbesturen en hun ICT-professionals krijgen de mogelijkheid om in het voorjaar van 2025 kosteloos deel te nemen aan de monitor en ontvangen per deelnemende organisatie een eigen rapportage.